Als ondernemer bent u zelf verantwoordelijk voor uw pensioen. U dient dus zelf te zorgen voor een aanvullend pensioen boven op uw AOW. Hiervoor heeft u verschillende opties. U kunt vermogen opbouwen in uw eigen bedrijf of hiervoor apart sparen of beleggen. Het is wijs om tijdig deze overweging en keuze te maken. Dan heeft u voldoende tijd om het vermogen dat u nodig heeft op te bouwen.
Vermogen opbouwen in uw bedrijf
Als u jaarlijks minder vermogen onttrekt aan uw bedrijf, dan de winst die gemaakt wordt, neemt het eigen vermogen op de balans toe. Wanneer u stopt met het bedrijf en het kapitaal vrij komt, kun u dit vermogen gebruiken voor het aanvullend pensioen boven op de AOW. Uw HTB-adviseur legt u graag uit of deze constructie voor u interessant is.
Tot 2022 werd fiscaal vriendelijk gestimuleerd om vermogen in uw bedrijf te laten groeien door het opbouwen van de Fiscale Oudedagsreserve (FOR). De reeds opgebouwde FOR mag vooralsnog blijven staan tot u stopt met de onderneming. Op dat moment kunt u hierover in één keer afrekenen óf het bedrag omzetten naar lijfrente- bankspaarrekening.
Pensioen opbouwen buiten uw bedrijf
Bij voldoende liquiditeit in uw onderneming kunt u jaarlijks een bedrag opzijzetten voor een aanvulling op uw pensioen. Dan betaalt u eerst belasting en kunt u daarna sparen op een aparte spaarrekening. Een voordeel van deze constructie is, dat - afhankelijk van de voorwaarden van de spaarrekening – het vermogen vrij opneembaar is. Een belangrijk nadeel is dat dit vermogen belast is in box 3.
Wilt u sneller meer vermogen opbouwen? Dan kunt u dit ook ‘fiscaal vriendelijk’ doen. Onder bepaalde voorwaarden kunt u het ingelegde geld (de premie) aftrekken van uw belastbaar inkomen. Hierdoor betaalt u minder inkomstenbelasting. Een nadeel is dat u dit gespaarde vermogen niet tussentijds kunt opnemen. En hoewel dit vermogen ook niet belast wordt box 3, wordt het bij uitkering in de toekomst wel weer meegenomen voor de inkomstenbelasting. Dit levert u dan wel weer een zogenaamd ‘tarief voordeel’ op.
Wanneer u namelijk de AOW-leeftijd bereikt, betaalt u geen AOW-premie meer over de eerste € 40.021. Dat resulteert in een tarief voor de inkomstenbelasting van 19,8 % in plaats van 36,97%.
Mocht het binnen uw bedrijf het een of meerdere jaren niet passen om geld te reserveren voor de oude dag, dan kunt u achteraf de niet benutte ruimte tot 10 jaar terug alsnog gebruiken voor deze aftrek.