Algemene heffingskorting
Per 2025 wordt het verzamelinkomen - dus inclusief het inkomen uit box 2 en box 3 - het uitgangspunt voor de berekening van de algemene heffingskorting. Het maximale bedrag van de heffingskorting in 2025 is € 3.068 en geldt bij een verzamelinkomen tot de hoogte van het wettelijk minimumloon (€ 28.406). Omdat de algemene heffingskorting bedoeld is om een tekort aan inkomen te compenseren, wordt de korting bij verzamelinkomens daarboven afgebouwd. Bij een verzamelinkomen tussen het minimumloon en € 76.817 wordt de maximale heffingskorting verminderd met 6,337% over het inkomen boven € 28.406. In het geval van een verzamelinkomen boven € 76.817 vervalt de algemene heffingskorting.
Arbeidskorting
Voor de arbeidskorting wordt alleen het inkomen uit arbeid meegerekend, maar is de berekening ook iets complexer. Voor 2025 is de korting ingedeeld in 5 staffels.
Arbeidsinkomen Arbeidskorting Tot € 12.169 8,053% x arbeidsinkomen € 12.169 - € 26.287 € 980 + 30,030% x (arbeidsinkomen - €12.169) € 26.288 - € 43.070 € 5.220 + 2,258% x (arbeidsinkomen - € 26.288) € 43.071 - € 129.077 € 5.599 + 6,510% x (arbeidsinkomen - €43.071) € 129.078 of meer € 0
Invloed
De hoogte van het arbeidsinkomen en een dividenduitkering uit de BV heeft direct gevolgen voor beide heffingskortingen. Voor degenen met een salaris gelijk aan het gebruikelijk loon heeft een dividenduitkering direct gevolgen voor de algemene heffingskorting. Bij een uitkering van € 67.804 vervalt de algemene heffingskorting. Tot zover de beloning uit een BV met volledige activiteiten. Maar hoe pakt het uit voor een BV waar nagenoeg alleen maar beleggingsactiviteiten plaatsvinden en de DGA de AOW-gerechtigde leeftijd heeft behaald?
Pensioen
Dan is het misschien slimmer om in de plaats van dividend een (hoger) salaris uit te betalen. Een voorbeeld: een gehuwde DGA en partner ontvangen samen een AOW-uitkering van € 13.850 en elk een klein aanvullend pensioen van € 6.000. Ze hebben eerder hun activiteiten in de BV verkocht en geïnvesteerd in vastgoed en een beleggingsportefeuille. Hoe pakt dit fiscaal uit bij een dividenduitkering van € 135.000 (ieder € 67.500). In dat geval is er ongeveer € 38.000 aan belasting verschuldigd, te weten een belastingheffing van € 33.000 + het wegvallen van de heffingskortingen. Wanneer zij vanuit de BV elk een aanvullend arbeidsinkomen van € 15.000 toekennen dat aftrekbaar is en een dividend van € 105.000 ziet het fiscale plaatje er ineens heel anders uit. In de BV wordt tenminste € 5.700 aan vennootschapsbelasting bespaard op het gezamenlijke salaris van € 30.000. Er is bovendien ca. € 3.500 minder inkomstenbelasting verschuldigd. Deze verdeling levert bij gelijke beloning dus een fiscaal voordeel op van in totaal € 9.200.
Kortom: de berekening is complex, maar zeker de moeite waard. Wilt u weten wat voor u de fiscaal optimale combinatie is tussen salaris en dividend uit uw BV? Maak een afspraak met uw HTB adviseur voor een volledige berekening en een deskundig advies.