Bedankt voor het doorgeven van uw telefoonnummer.
U wordt zo spoedig mogelijk teruggebeld.

Naheffingsaanslagen en boetes zonnepanelen

Ongeveer 3.000 huiseigenaren van zonnepanelen hebben als btw-ondernemer wegens het niet doen van aangifte naheffingsaanslagen met boeten opgelegd gekregen. Het betreft huiseigenaren die ervoor hebben gekozen om als ondernemer aangemerkt te worden, met het daarbij behorende recht van vooraftrek van btw van de zonnepanelen. Het Tweede Kamerlid Markies (SP) heeft hierover aan de bel getrokken bij staatssecretaris Wiebes (Financiën).

Volgens Wiebes zit één en ander als volgt in elkaar. Al deze ondernemers hebben een aanslag gekregen van in totaal € 5.161. Een automatisch gegeneerde schatting van € 5.000 belasting voor startende ondernemers, plus een betaalverzuimboete van € 100 (= 2% van € 5.000) plus een aangifteverzuimboete van € 61. De op te leggen boeten vloeien voort uit de AWR. Het beleid met betrekking tot de feitelijk op te leggen boeten is opgenomen in het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst (BBBB).

Dit beleid werkt als volgt uit. Als de ondernemer alsnog aangifte doet blijven deze boeten in stand: de verzuimen worden daarmee immers niet (volledig) hersteld. Wel wordt de boete wegens het niet tijdig betalen verminderd ingeval de verschuldigde belasting lager is dan het bedrag van de naheffingsaanslag. Deze boete blijft echter minimaal € 50 bedragen, tenzij in het geheel geen belasting verschuldigd is. Zowel de aanslag als de boete wegens niet tijdig betalen wordt verminderd naar nihil als inderdaad geen btw verschuldigd is. De boete voor het niet tijdig doen van aangifte van € 61 blijft wel staan, aldus Wiebes.

Volledige tekst:

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA Den Haag

Datum 4 juli 2014

Betreft Vragen van het lid Merkies (SP) over het bericht dat meer dan 3.000 eigenaren van zonnepanelen een forse naheffingsaanslag hebben gekregen

Ons kenmerk

DGB/2014/3847 U

Uw brief (kenmerk)

2014Z11576

Bijgaand bied ik u de antwoorden aan op de vragen van het lid Merkies (SP) aan de staatssecretaris van Financiën over het bericht dat meer dan 3.000 huiseigenaren van zonnepanelen een forse naheffingsaanslag hebben gekregen (ingezonden 20 juni 2014) met kenmerk 2014Z11576.

Hoogachtend,

de Staatssecretaris van Financiën

Eric Wiebes

Antwoorden naar aanleiding van vragen van het lid Merkies (SP) aan de staatssecretaris van Financiën over het bericht dat meer dan 3.000 eigenaren van zonnepanelen een forse naheffingsaanslag hebben gekregen (Ingezonden 20 juni 2014) nr. 2014Z11576

1. Heeft u kennis genomen van de artikelen “onredelijke naheffing voor eigenaren van zonnepanelen1” en “Fiscus pakt 3000 bezitters van zonnepanelen”2?

Ja.

2. Wat is uw reactie op de beweringen dat eigenaren van zonnepanelen over het algemeen onbekend zijn met de eisen die aan het BTW-ondernemerschap worden gesteld en dat zij niet beseffen in verzuim te zijn wanneer zij geen BTW- aangifte doen?

Uit de mij bekende gegevens over het aangiftegedrag van zonnepaneleneigenaren maak ik op dat er een relatief flink aantal zogenoemde systeemaanslagen zijn opgelegd aan dergelijke startende ondernemers. Anderzijds constateer ik dat het overgrote deel van deze groep ondernemers wel tijdig aan de aangifteverplichtingen heeft voldaan. Hieruit leid ik af dat eigenaren van zonnepanelen over het algemeen wel bekend zijn met de eisen die aan het BTW- ondernemerschap verbonden zijn.

3. Op welke wijze(n) is gecommuniceerd dat eigenaren van zonnepanelen die een deel van de door hen opgewekte stroom terugleveren aan het energienet ieder kwartaal BTW-aangifte moeten doen? Vanaf wanneer is dit gecommuniceerd?

Deze huiseigenaren hebben ervoor gekozen om als ondernemer aangemerkt te worden, met het daarbij behorende recht van vooraftrek van btw van de zonnepanelen. Na hun aanmelding en opname in de systemen van de Belastingdienst hebben de ondernemers daarvan een bevestiging gekregen. In deze brief staat hun BTW-nummer en de frequentie waarin zij aangifte moeten doen, in dit geval kwartaalaangifte.

Op de website van de Belastingdienst is op 7 november 2013, dat is ruim voor het tijdvak waarop de boete betrekking heeft, een document opgenomen met “veel gestelde vragen en antwoorden over BTW-heffing bij particulieren met zonnepanelen”. In dit document wordt toegelicht op welke wijze eigenaren van zonnepanelen hun BTW-aangifte moeten doen. Voorts wordt in de beveiligde omgeving van www.belastingdienst.nl de BTW-aangifte van iedere BTW- ondernemer klaar gezet. In deze beveiligde omgeving kan de ondernemer aangeven dat hij een e-mailnotificatie wil ontvangen elke keer als een nieuwe aangifte wordt klaargezet.

4. Klopt het dat de BTW-afdracht in de meeste gevallen tussen de €10 en €25 per kwartaal zal liggen? Acht u de hoogte van de boete in dat geval proportioneel?

De hoogte van de verschuldigde BTW hangt af van het opwekvermogen van de zonnepanelen, en de elektriciteit die geleverd wordt aan de energieleverancier en het privé-gebruik. In de meeste gevallen ligt de verschuldigde BTW niet boven de

€ 25 per kwartaal. Als de verschuldigde BTW op jaarbasis minder is dan € 1.345 kan de ondernemer verzoeken om toepassing van de Kleine Ondernemersregeling en is er per saldo geen BTW verschuldigd.

Er zijn twee verschillende verzuimboeten opgelegd:

· Een boete van € 61 wegens het niet tijdig doen van aangifte en

· Een boete van 2% van het bedrag van de opgelegde naheffingsaanslag wegens het niet tijdig betalen van de verschuldigde belasting, met een minimum van € 50.

Al deze ondernemers hebben een aanslag gekregen van in totaal € 5.161. Een automatisch gegeneerde schatting van € 5.000 belasting voor startende ondernemers, plus een betaalverzuimboete van € 100 (=2% van € 5.000) plus een aangifteverzuimboete van € 61.

De op te leggen boeten vloeien voort uit de Algemene wet inzake Rijksbelastingen (AWR). Mijn beleid met betrekking tot de feitelijk op te leggen boeten is opgenomen in het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst (BBBB). In de brief die mijn ambtsvoorganger op 6 december 2013 aan uw Kamer heeft gezonden (kenmerk DGB2013-6109, Kamerstukken 33 752, nr. 74) is dit beleid nader toegelicht.

Dit beleid werkt als volgt uit:

Als de ondernemer alsnog aangifte doet blijven deze boeten in stand: de verzuimen worden daarmee immers niet (volledig) hersteld. Wel wordt de boete wegens het niet tijdig betalen verminderd ingeval de verschuldigde belasting lager is dan het bedrag van de naheffingsaanslag. Deze boete blijft echter minimaal € 50 bedragen, tenzij in het geheel geen belasting verschuldigd is. Zowel de aanslag als de boete wegens niet tijdig betalen wordt verminderd naar nihil als inderdaad geen BTW verschuldigd is. De boete voor het niet tijdig doen van aangifte van € 61 blijft wel staan.

Verzuimboeten hebben als voornaamste doel het onderhouden en versterken van de bereidheid van belastingplichtigen om hun fiscale verplichtingen na te komen. Proportionaliteit kan dan ook niet worden beoordeeld in het kader van de hoogte van de ‘uiteindelijk verschuldigde belasting’, maar dient te worden bezien in het licht van de verstoring van de processen van de Belastingdienst. Deze verstoring is onafhankelijk van het bedrag van de te betalen belasting. Ik acht de boete wegens het niet tijdig doen van aangifte en de minimumboete wegens het niet tijdig betalen van de verschuldigde belasting dan ook niet disproportioneel.

5. Geldt voor eigenaren van zonnepanelen die een deel van de door hun opgewekte stroom terugleveren aan het energienet ook de mogelijkheid om ontheffing van administratieve verplichtingen te krijgen?

Ja, eigenaren van zonnepanelen kunnen een verzoek indienen om te worden ontheven van administratieve verplichtingen nadat deze eigenaren zijn opgenomen als BTW-ondernemer en een BTW-teruggaaf hebben ontvangen. Op grond van de wettelijke bepalingen gaat een dergelijke ontheffing pas in op 1 januari van het jaar, volgende op dat waarin het verzoek is gedaan. Op grond van het beleidsbesluit van 26 maart 2013, nr. BLKB/2013/400M, Stcrt. 2013/8829) kan een ontheffing onder voorwaarden ook direct vanaf de start van de bedrijfsactiviteiten ingaan. Eén van de voorwaarden is dat in het kalenderjaar geen BTW verschuldigd is of een teruggaaf is gevraagd. Aangiften die uitgereikt worden over perioden vóór de ingangsdatum van de ontheffing moeten op de normale wijze en binnen gebruikelijke termijnen worden ingediend.

6. Bent u bereid ten aanzien van deze groep een zekere mate van coulance toe te passen? Kunt u uw antwoord motiveren?

Het BBBB voorziet in een vorm van coulance door de boete wegens het niet tijdig betalen te verminderen ingeval de verschuldigde belasting lager is dan het bedrag van de naheffingsaanslag en te vernietigen ingeval in het geheel geen belasting verschuldigd is (hetgeen in de praktijk vrijwel altijd het geval zal zijn). Dit geldt ook voor particuliere zonnepanelenhouders.

7. Wat is uw opvatting ten aanzien van de door de Vereniging Eigen Huis genoemde mogelijkheid om over te gaan tot een BTW-jaaraangifte voor eigenaren van zonnepanelen?

Het beleid is dat iedere startende ondernemer voor de BTW een kwartaalaangifte ontvangt. Dit wordt gedaan om ruimte te creëren voor een goede toetsing in het kader van fraudebestrijding en het geeft voorts de mogelijkheden tot het volgen en begeleiden van startende ondernemers. Ik zie geen aanleiding om voor een bepaalde groep startende ondernemers hierop een uitzondering te maken en wel jaaraangiften te sturen. Na het eerste (deel van een) kalenderjaar staat de mogelijkheid wel open van een ontheffing van de administratieve verplichtingen met ingang van het volgende jaar of van een jaaraangifte. Ondernemers die contact opnemen met de BelastingTelefoon over een systeemaanslag worden actief gewezen op de mogelijkheid van de administratieve ontheffing zodat geen btw- aangifte meer hoeft te worden gedaan.

1 Onredelijke naheffing voor eigenaren van zonnepanelen http://www.eigenhuis.nl/actueel/nieuws/2014/518864-onredelijke-naheffing-zonnepanelen/ 2 Fiscus pakt 3000 bezitters van zonnepanelen, Algemeen Dagblad, 30 mei 2014

(Bronvermelding: Ministerie van Financiën, 4 juli 2014)