Bedankt voor het doorgeven van uw telefoonnummer.
U wordt zo spoedig mogelijk teruggebeld.

Belangrijke wijzigingen Inkomstenbelasting 2013

Belangrijke wijzigingen Inkomstenbelasting 2013

Verhoging pensioenleeftijd in 2013

In 2013 is de pensioengerechtigde leeftijd verhoogd naar 65 jaar en 1 maand. Dit heeft gevolgen voor sommige fiscale regelingen. Ook de AOW leeftijd is verhoogd naar 65 jaar en 1 maand per 1 januari 2013.

Bijtelling privégebruik auto

Rijdt u privé met een auto die tot uw ondernemingsvermogen behoort? Dan moet u een bedrag bij de winst tellen voor het privégebruik, tenzij u kunt aantonen dat u op jaarbasis niet meer dan 500 kilometer privé hebt gereden. De bijtelling is een percentage van de cataloguswaarde van de auto. Er zijn 5 tarieven voor de bijtelling: 0%, 14%, 20%, 25% en 35%. De tarieven hangen af van de CO2-uitstoot en de leeftijd van de auto. De uitstootgrenzen worden ieder jaar opnieuw vastgesteld.

Voor personenauto's met een CO2-uitstoot van 50 gram of minder die in 2013 worden aangeschaft, geldt gedurende 60 maanden een bijtelling van 0%.

Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto

Hebt u een bestelauto van uw onderneming? En gebruikt u deze uitsluitend zakelijk? Dan kunt u een 'Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto' indienen. U hoeft dan in uw aangifte inkomstenbelasting geen rekening te houden met het voordeel van het privégebruik van de bestelauto. U hoeft ook geen rittenregistratie meer bij te houden.

Dient u een 'Verklaring uitsluitend zakelijk gebruik bestelauto' in? Dan gelden de volgende

voorwaarden:

  • U mag de bestelauto niet privé gebruiken.
  • U moet veranderingen in het gebruik van de bestelauto doorgeven aan de Belastingdienst.

Kleinschaligheidsinvesteringsaftrek

Als u in 2013 een bedrag tussen € 2.301 en € 306.931 investeert in bedrijfsmiddelen voor uw onderneming, dan kunt u in aanmerking komen voor de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek. De bedrijfsmiddelen waarin u investeert, moeten dan wel in aanmerking komen voor investeringsaftrek.

Van 1 juli 2013 tot en met 31 december 2013: tijdelijke verruiming willekeurige afschrijving

Heeft u geïnvesteerd in de periode 1 juli tot en met 31 december 2013 in nieuwe bedrijfsmiddelen? Dan mag u die bedrijfsmiddelen in 2013 willekeurig afschrijven. Hierbij geldt het volgende:

  • U mag maximaal 50% willekeurig afschrijven. Over het restant schrijft u 'normaal' af.
  • De willekeurige afschrijving geldt alleen voor een boekjaar waarin de genoemde periode valt.
  • U moet het bedrijfsmiddel voor 1 januari 2016 in gebruik nemen.

Let op!

Ook voor deze regeling van willekeurige afschrijving geldt dat als u het bedrijfsmiddel nog niet in gebruik neemt, de willekeurige afschrijving wordt beperkt tot het bedrag dat u hebt betaald. Als u hierdoor in een boekjaar waarin de periode 1 juli tot en met 31 december 2013 valt niet willekeurig kunt afschrijven, is er daarna geen mogelijkheid meer voor willekeurige afschrijving.

Voorbeeld 1

Uw boekjaar is gelijk aan het kalenderjaar. U doet op 1 juli 2013 een investering van € 1.100. De restwaarde is € 100. Er geldt een normale afschrijvingstermijn van 5 jaar. U neemt het bedrijfsmiddel direct in gebruik.

Uitwerking:
Maximale willekeurige afschrijving in 2013: € 1000 x 50% = € 500

Gewone afschrijving € 500 : 5 jaar is € 100

In 2013 is het afschrijvingsbedrag:

Willekeurige afschrijving: maximaal € 500

Normale afschrijving: (1/2 jaar x € 100) = € 50

Totale maximale afschrijving in 2013: € 550

In 2014 en verder is het afschrijvingsbedrag € 100, in 2018 (laatste jaar) nog € 50.

Voorbeeld 2

Uw boekjaar is gelijk aan het kalenderjaar. U doet op 1 juli 2013 een investering van € 1100. De restwaarde is € 100. Er geldt een normale afschrijvingstermijn van 5 jaar. U neemt het bedrijfsmiddel op 1 januari 2015 in gebruik. U betaalt in 2013 € 300 en in 2014 € 800.

Uitwerking:
Maximale willekeurige afschrijving in 2013: € 300 (betaling)

Gewone afschrijving € 700 : 5 jaar is € 140

In 2013 is het afschrijvingsbedrag:

Willekeurige afschrijving: maximaal € 300

Normale afschrijving: € 0 omdat het bedrijfsmiddel nog niet in gebruik is genomen

Totale maximale afschrijving in 2013: € 300

In 2014 is het afschrijvingsbedrag:

Willekeurige afschrijving: € 0

omdat 2014 niet het jaar van investeren is

Normale afschrijving: € 0 omdat het bedrijfsmiddel nog niet in gebruik is genomen

Totale maximale afschrijving in 2014: € 0

In 2015 is het afschrijvingsbedrag:

Willekeurige afschrijving: € 0 omdat 2015 niet het jaar van investeren is

Normale afschrijving: € 700 : 5 jaar is € 140

Totale maximale afschrijving in 2015: € 140

In 2016 tot en met 2019 is het afschrijvingsbedrag € 140.

Uitgezonderde bedrijfsmiddelen:

Willekeurige afschrijving geldt niet voor alle bedrijfsmiddelen. Enkele bedrijfsmiddelen waarop u niet willekeurig kunt afschrijven:

  • gebouwen en woonschepen
  • bromfietsen en motorrijwielen
  • personenauto’s (behalve taxi’s en zeer zuinige auto’s)
  • dieren
  • wegen, paden, bruggen, tunnels en dergelijke
  • immateriële activa (goodwill, octrooien, vergunningen)

Bedrijfsmiddelen die u ter beschikking stelt aan derden, kunt u ook niet willekeurig afschrijven. Maar bedrijfsmiddelen die bestemd zijn voor korte verhuur, kunt u wel willekeurig afschrijven. Denk bijvoorbeeld aan speciaal gereedschap, aanhangwagens en hoogwerkers die u verhuurt.

Mkb-winstvrijstelling

In 2013 is de vrijstelling 14% (2012: 12%) van de winst, nadat deze is verminderd met de

ondernemersaftrek.

Verhuisregeling hypotheekrenteaftrek

De maximale termijn voor behoud van hypotheekrenteaftrek bij verkoop van de voormalige eigen woning is drie jaar. Die termijn geldt tot en met het belastingjaar 2013. Dit betekent als de woning in 2010 te koop is gezet, voor die woning nog recht op hypotheekrenteaftrek bestaat in 2013.

Aftrek rente financiering restschuld

Met ingang van 1 januari 2013 kunt u ook aftrek krijgen van rente die u betaalt op een schuld die u heeft als gevolg van een restschuld die is ontstaan na 29 oktober 2012 maar voor 1 januari 2018. De aftrek geldt voor een periode van 10 jaar na het moment van het ontstaan van de restschuld.

Bronvermelding: www.belastingdienst.nl